Vertalingen Robin Renucci Het geheugen, fonetiek, metriek en syntaxis

Vertaling Robin Renucci Het geheugen, fonetiek, metriek en syntaxis, gedachte, voorstellingsvermogen, geheugen voor getallen,MolièreRacine,alexandrijn, Vertalingen Vivienne

Robin Renucci is een Franse acteur en regisseur, die in vele films en theaterstukken heeft gespeeld. Hij is zich in 2011 gaan toeleggen op het samenbrengen van artiesten met een verschillende culturele of nationale achtergrond. Een aantal van zijn interviews zijn te beluisteren, en, in het Nederlands vertaald, te lezen. In het onderstaande document vertelt hij over het geheugen dat als band fungeert tussen auteur, acteur en publiek.

Het geheugen, fonetiek, metriek en syntaxis

 

   Er is een herinnering voor een woord, door het schrijfbeeld dat men heeft opgespoord op een gegeven moment. Op een bepaald moment hebben we, samen, acteurs hebben samen een tekst gelezen, en hebben die liggende tekst tot leven gewekt en doen opstaan. En dan is er nog alles wat met fonetiek te maken heeft.
Dat wil zeggen, alle klanken die er zijn.
Dus als ik het voorbeeld van de Grieken neem, dat is aangepast, vertaald. Maar, van een Franse auteur, zoals een alexandrijn van Molière of Racine bijvoorbeeld, dus in 1622, 1700, dan hoor je dat geluid, dat wellicht door een acteur uit de XVIIe eeuw is opgevoerd. De auteur, die zelf ook acteur was, Jean-Baptiste Poquelin, die zijn alexandrijnen opzegt op zijn zoldertje, in zijn schuur, in zijn kamer of weet ik waar, een huis ...

En dan, vandaag de dag, in 2010, is er een acteur, of actrice, die op zijn of haar beurt voordraagt, uitvoert, de woorden weer oppakt, die geluiden, dat geheel aan klanken. Dat is nog maar alleen het fonetisch gedeelte. En dan het metrisch gedeelte, dat gaat op dezelfde manier. Uit het oogpunt van metriek de getallen. Dus, dan heb je het geheugen voor getallen.
Net als Jean-Baptiste Poquelin, doe je un, deux, trois, quatre, cinq, six, un, deux, trois, quatre, cinq, six. Un, deux. Un, deux, trois, quatre, cinq, six, sept, huit, neuf, dix. Un. Un, deux, trois, quatre, cinq, six, sept, huit, neuf, dix, onze. Un, deux, trois. Un, deux, trois. Un, deux, trois, quatre, cinq, six, sept, huit, neuf, dix, onze, douze. Dat wordt een ritmische taal die zich in ons hoofd gaat voegen, zoals Jean-Baptiste Poquelin dat zelf heeft kunnen doen, die oefening van getal, van de metriek.

Dat is samen natuurlijk de fonetiek, de metriek en de syntaxis. Dat wil zeggen, een gedachte, voorstellingsvermogen dat zich in de hersenen van een man uit 1662, die “L'école des Femmes” schreef, en vandaag zijn er acteurs, actrices, die Arnolphe, Agnes of een ander spelen, Chrysalde, en die kan zich dan ineens zomaar al die tijd herinneren die voorbij gaat, enkele eeuwen door ons heen, die zich verspreidt, en tot aan het oor van de toeschouwer van vandaag komt, die het weer op zijn beurt met zijn eigen geheugen interpreteert.
Dat wil zeggen, het publiek zelf interpreteert het met zijn eigen geheugen, met zijn kennis van wat vandaag de wereld is, sinds de auteur het heeft geschreven. Dus, dat is allemaal een symbolisch verschijnsel.

In het volgende document vertelt hij over het (gevoelige) geheugen: 

De hulp van het gevoelige geheugen

De links hieronder verwijzen naar de sites van zijn Theatergroepen:

Association AriaCorse. Onderwijs en opleiding door te creëren.

Les Tréteaux de France. Nationaal Centrum voor Toneel