Correspondentie Baudelaire: België, aan Mme Ancelle. Brussel, 26 februari 1866.

Charles Baudelaire
Brussel, België.

Jean-François Spricigo.Charles Baudelaire, correspondentie Brussel, België. Vertaling Charles Baudelaire, Vertalingen Vivienne Stringa.

Zoom Jean-François Spricigo, 1979. Belgisch fotograaf.

AAN MADAME ANCELLE
Brussel, maandag 26 februari 1866.

   De originele brief

 

Geachte mevrouw,

    Wilt u uw man hartelijk bedanken voor alle zorg die hij op zich neemt voor mijn zaken.
Het zou zeer ondankbaar van me zijn indien ik niet erkentelijk zou zijn voor de verdienste die hij toont door zoveel tijd aan mij te besteden in plaats van dat hij die aan zijn geliefden schuldig is .

    Ik heb u niet meteen kunnen verwittigen van de ontvangst van uw 100 frank, omdat op de dag dat ik die heb ontvangen, ik weer een reumatische hoofdpijnaanval kreeg. Daardoor kan ik niet schrijven.

Met de meeste hoogachting,

Charles Baudelaire.

    Om mijnheer Ancelle een plezier te doen, omdat hij een groot curiositeitenverzamelaar is,  sluit ik hierbij een schandelijke daad in, en ik zou u zeer erkentelijk zijn indien u die voor mij wilt laten kopiëren.
Want omdat de Belgische komedie ook bij de Fransen terecht aan het komen is, zal ik het er ook over moeten hebben in mijn boek over België.
Die baron de Ponnat waar het hier over gaat, is die imbeciel die Le Candide had opgericht, die atheïstische en materialistische krant, die later verboden is.

Mevrouw, ik vraag u om vergeving, dat ik uw tussenkomst gebruik om al die vuiligheden over te laten komen.
Wilt u in de kopie de onderstreepte regels ook laten onderstrepen.

Omdat ik vrees mevrouw Ancelle te beledigen door deze bizarre zending, ben ik op andere gedachten gekomen en zet ik op het opschrift: Overhandigen aan mijnheer Ancelle.

  Inhoudsopgave     Volgende brief