Correspondentie Baudelaire: België, aan Narcisse Ancelle. 18 februari 1866.

Charles Baudelaire
Brussel, België.

Alfred Stevens. Charles Baudelaire, correspondentie Brussel, België. Vertaling Charles Baudelaire, Vertalingen Vivienne Stringa.

Zoom Alfred Stevens. 1834-1933. Belgisch kunstschilder.

AAN NARCISSE ANCELLE
Brussel, zondag 18 februari 1866.

 

Beste vriend,

    Ik neem aan dat u, door al die brieven van mij, nu al mijn affaires wel uit uw hoofd kent.

    Heeft u Hippolyte Garnier gezien, en heeft u hem de brief gegeven die voor hem bestemd was, en heeft u toen ook tegen hem gezegd dat ik zal proberen bij hem op bezoek te gaan? (Ik ken de tijden niet waarop hij thuis is).

    Laten we het nu over LA Belgique hebben.
Hierbij een introductiebrief voor mijnheer Dentu, uitgever/boekhandelaar, in het Palais Royal. (Zijn tijden ken ik ook niet).
– Lees de brief en verzegel hem dan.

    Kom niet te gehaast over bij Garnier. Maar tast hem af.
– Dentu is een goede jongen, maar omdat hij het heel druk heeft en een heel onregelmatig leven heeft, zou u hem wanneer u deze brief bij hem afgeeft schriftelijk moeten vragen om een afspraak.

    Wilt u zo vriendelijk zijn om me niet al te lang zonder antwoord te laten zitten.
Eerst een onmiddellijk antwoord, die met deze brief te maken heeft, daarna een antwoord dat te maken heeft met Garnier en dan nog één voor Dentu.
  – Ik verwacht uw eerste brief overmorgen, de 20e.

    Daarstraks had ik een hele erge scène met mijn hotelbazin.
Ik heb 100 frank in mijn kamer. Met die 100 frank (over maart) maakt dat 200, een bedrag dat gegeven kan worden.
– Ik zal u deze week een pakje sturen voor de directeur van Le Monde Illustré en hij zal u vast wel 300 frank voor mij geven.
Dat heeft hij me tenminste beloofd.
En wat er drie maanden geleden goed was, moet vandaag ook nog kunnen.
– Ik zal die 300 frank maar weer aan het monster van Le Grand Miroir  geven.
In de tussentijd mogen wij geloven dat u aan het onderhandelen gaat met Dentu of met Faure, en alle aanbetalingen die bij beetjes gegeven zullen worden naar gelang ik het manuscript inlever, gaan ook naar Le Grand Miroir.
– Lees die brief voor Dentu goed door, en geef hem af (met de opzet waar u een kopie van heeft laten maken) bij zijn huis of bij zijn boekhandel, met het verzoek om een afspraak te krijgen.

    Als de dingen geregeerd gaan worden zoals ik het wens, dan krijg ik later bijna precies hetzelfde onaangetaste bedrag dat ik bij de gebroeders Garnier dacht weg te halen.

    Uw toegewijde groet u. vergeet me niet, en bied nogmaals mijn excuses aan mevrouw Ancelle aan.

    Het gaat nog steeds maar zo zo met me. Ik kwam ergens op, iets vreemds weliswaar.
Dat is dat het best zo zou kunnen zijn dat mijn aanvallen van januari en februari het gevolg waren van een vergiftiging die veroorzaakt was door de kuur van december tegen de zenuwpijnen (Digitalis en belladonna!)

- En die brieven van mijn moeder maken me ook erg ongerust over haar gezondheid.

Kortom mijn hersens worden altijd maar bestookt door een hele massa aan dingen.

Charles Baudelaire.

Ik kan geen enveloppe vinden voor mijnheer Dentu. Die moet u zelf maar maken.
  – Dentu, Galerie d’Orléans. –

Ontvangen van mijnheer Ancelle de somma van honderd frank voor de maand maart, af te boeken op de maand april.

Brussel, 19 februari.

Ch. Baudelaire.

Lees dit even:

Sinds januari

Ontvangen    400 fr.

Plus, die        100

500 fr.

Januari, februari en maart:
160
160
160
480

Blijft er dus 140 over voor april.

Zet op uw aangetekende brief alleen maar dit: Rue de la Montagne 28.

Voor overmorgen dinsdag, is het niet?

  Inhoudsopgave     Volgende brief