Baudelaire aan Auguste Poulet-Malassis. Parijs, 10 december 1858.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

AAN AUGUSTE POULET-MALASSIS
Parijs, 10 december 1858.

 

    Bedankt, beste vriend, want ik was echt ziek van verdriet en ongerustheid.
Denkend dat er een charmant huisje op me wacht, en dat die Chamaan me verboden is vanwege een paar ellendige schulden!

    Ik heb er dus goed aan gedaan om niet naar Calonne te gaan vandaag.
Met uw brief kan ik er wel heen gaan, en ik heb de hoop dat ik hem alles kan laten doen wat ik wil.

    Mijn contract zit in mijn lessenaar in het hotel. Ik ga het morgen wel halen.
Maar alleen is morgen de dag erg gevuld met een verhuizing van papieren, en daarom is het zeer waarschijnlijk dat u pas overmorgen het contract krijgt, omdat de boekhouding van mijn rekeningen die u me vraagt, niet kan worden gedaan tijdens het onderhoud met Calonne.

    Het is aannemelijk dat de lener, als er een lener is, helaas als onderpand het contract wenst te bezitten, om me te verhinderen tweemaal over dezelfde waarde te lenen.
Dit wantrouwen is wel vanzelfsprekend, maar niet eerlijk.

    In afwachting daarvan, hier mijn boekhouding volgens mij:

     Ik heb ontvangen

    (Geld geleend van Calonne een jaar geleden):      350 frank

    Ik heb le Haschisch ingeleverd:            400 frank en nog iets.

    Blijft over in kas:                                         50 frank en nog iets

 

    12 oktober vindt het contract plaats.

    Ik heb ontvangen 500 frank (de wissel).

    L’opium (3 vellen) is ingeleverd.

Het contract impliceert 15 vellen op 12 april.
Er zijn er nog 12 over om in te leveren. Van die 15 vellen de ene voor 200 frank.

De andere voor 250 frank.

6 x 200 =      1200
9 x 250 =       2250

3450

Waarvan de aanbetaling van de wissel moet worden afgetrokken

500

    Blijft over      2950

    Redelijkerwijs kan ik niet meer dan 4 vellen per maand maken, vooral met mijn gewoonte van lange spirituele voorbereiding. Calonne publiceert er nooit minder dan twee (400 of 500 frank).

    Zal ik ook nog daarbij een brief moeten maken van een strekking als deze:

    Ik verzoek madame Aupick, mijn moeder en natuurlijke erfgename, in geval van overlijden, tot het terugbetalen van de somma van ……, geleend door …… , over dit contract?

    Goede voorzorgsmaatregel, maar wel vernederend.

    Ik heb uw Figaro niet gelezen.
Het kan me niet zoveel schelen, net als Le Gaulois, en al die andere vodden die ik des te vreselijker vind naarmate ik bezig ben met veel triestere zaken, of serieuzere.

    Het is aannemelijk dat ik een velletje maak over die Spaanse onderwerpjes.

    Beste Malassis, laten we er het beste van maken.
Ik zal er alles aan doen om voldoende zekerheden te geven.

    Geheel de uwe, en vergeef me mijn ongeduld van gisteren.

    Morgen is het de 11e.

    Mijn gesprek met Calonne zal plaatsvinden op de 12e.

    De 12e dan krijgt u uw contract.

    De 13e krijgt u uw rekening.

Ch. Baudelaire.

Rue Beautreillis 22.

  Inhoudsopgave     Volgende brief