Charles Baudelaire aan Léon Cladel. Parijs, 30 of 31 juli 1861.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

 

AAN LÉON CLADEL
Parijs, 30 of 31 juli 1861.

 

Beste jongen,

    Het zou goed zijn als wij samen een keer voor eens en voor altijd jouw Amours éternelles gaan nakijken, die je zo aardig aan mij hebt willen opdragen, en de negende druk ervan heb ik gisteren van de drukker van de Revue fantaisiste gekregen.
Een half dozijn onjuiste termen en een aantal uitdrukkingen van buiten de Loire die meer Romaans dan Frans zijn, en die mij veel te onorthodox lijken, ontsieren naar mijn mening jouw aparte werk; kom snel, haast u naar mijn huis waar ik, als het mogelijk is, de hele middag op u zal wachten.

Charles Baudelaire.

  Inhoudsopgave     Volgende brief