Charles Baudelaire aan Arsène Houssaye. Parijs, 1 september 1860.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

 

AAN ARSÈNE HOUSSAYE
Parijs, 1 september 1860.

 

Beste Houssaye,

    Ik wilde u vragen om een immens en zeer dringend gunstje.

    Ik heb zeer urgent een arm sonnetje nodig getiteld duellum en dat verschenen is in L’Artiste, tijdens het verblijf van Gautier in Rusland, en toen uw broer Edouard aan het hoofd stond van L’Artiste.

    Kunt u dat voor mij opzoeken, en stuur het me dan naar de rue d’Amsterdam 22.

    Het is niet nodig om een heel nummer stuk te maken voor een armzalig sonnet voor mij.
Daarom zou ik het veel makkelijker vinden indien een van uw werknemers de moeite zou nemen het over te schrijven, of anders schrijf ik het zelf wel over en dan stuur ik het nummer wel weer terug naar u.

    Op deze manier ben ik ook nog op zoek naar andere stukken die ik kwijt ben geraakt waar mijn drukker op wacht.

    Ik reken erop dat u een fragment uit het boek maakt, in de vorm van een advertentie, op het moment van verschijning.

Duizend maal dank. Vergeet mij niet. Uw toegewijde.

Ch. Baudelaire.

Rue d’Amsterdam 22.

  Inhoudsopgave     Volgende brief