Baudelaire aan Simonis Empis. Parijs, begin maart 1859.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

AAN SIMONIS EMPIS
Parijs, begin maart 1859.

 

Mijnheer de Directeur,

     U kent mijn discretie, want u hoort nooit over mij spreken.
Ik zou het heel fijn vinden indien u de loopjongen die deze brief bezorgt twee plaatsen wilt geven voor uw theater.

Hoogachtend,

Ch. Baudelaire.

  Inhoudsopgave     Volgende brief