Baudelaire aan Auguste Poulet-Malassis. Parijs, 19 september 1859.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

AAN AUGUSTE POULET-MALASSIS
Parijs, 19 september 1859.

 

… nog geen beslissing van Hostein. Dat gaat komen.
Ik weet ook zeker dat die brief van Hugo nog aankomt.

     Voor wat betreft Eugène Delacroix, die heb ik gisteren en eergisteren gezien.
Hij gaat me geen tekening geven. Hij wil u een schilderij geven, en dat schilderij gaat hij speciaal voor u maken.
Hij zei tegen me:
“Omdat u aardig wilt zijn voor een vriend van u, een uitgever, moet ik het allerbeste maken.
Ik heb in mijn atelier alleen maar dingen die ik gebruik als notities voor werk waar ik aan bezig ben.
Ik zal het niet vergeten, en ik zal het zo vroeg mogelijk aanleveren, zodra ik inspiratie krijg.”
Ik moet u bekennen dat ik me bijna schaamde maar ik zal het heel discreet proberen af te nemen van hem voor mijn vertrek uit Parijs (10 oktober).

Geheel de uwe.

  Inhoudsopgave     Volgende brief