Baudelaire aan Alcide Pierre Grandguillot. Honfleur, 18 oktober 1860.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

 

AAN ALCIDE PIERRE GRANDGUILLOT
Honfleur, donderdag 18 oktober 1860.

 

Geachte heer,

     Ik ben hier naartoe gekomen om geld op te halen en dat heb ik niet gevonden.
Ik kom zondag weer in de hel (Parijs) terug. Er is grote kans dat ik u dinsdag of woensdag treffen zal zodat wij samen het einde van Guys kunnen verifiëren.

     Ik verzoek u met klem om al het mogelijke te doen me te helpen met 500 frank.
Ik zal in ieder geval pas terugkeren naar Honfleur nadat ik u uw Wagner heb afgeleverd, wat dan aan het einde van de maand zou zijn.

     Ik doe mijn best om het kort te houden.
Ik kan zelf niet goed lange brieven lezen, en ik neem aan dat iedereen op mij lijkt.

Uw toegewijde,

Ch. Baudelaire.

  Inhoudsopgave     Volgende brief