Correspondentie Baudelaire, aan Narcisse Ancelle. Parijs, 24 december 1855.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

REÇU

 

[Neuilly, 22 december 1855. Reçu voor Ancelle van 460 frank over een voorschot van 1500 .]

Ch. Baudelaire.

Vier honderd zestig frank.

AAN NARCISSE ANCELLE
Parijs, 24 december 1855.

 

Beste vriend,

     Morgen, dinsdag, krijgt u bezoek van mevrouw Lemer. Dan moet u haar 500 frank geven in ruil voor een reçu van mij. De helft van het appartement is af.
Die 500 frank zijn bestemd voor mijn kamer. Als u mij iets te vertellen heeft, geef haar dan een brief mee, want ik zit niet meer in de rue de Seine nummer 27.
Omdat ik haar wilde dwingen om uiterst voorzichtig te zijn, heb ik haar gezegd dat ik maar 1200 frank van u zou krijgen. Het is misschien beter dat ik  u dit allemaal vertel.
Toen ik uit mijn oude woning verkaste was het daar een enorme rommel. En omdat er nu alweer vijf hele dagen verloren zijn gegaan, moet u niet verbaasd zijn als ik mijn bezoek een paar dagen uitstel, en ook het lezen van deze lange brief.
De hoeveelheid lezingen die ik in een week moet doen, en mijn voorwoord maken me heftig gekweld, hoewel ik EINDELIJK nu relatief rust  heb!

     Ik verzoek u om niet het minste grapje tegen Jeanne te maken noch de minste toespeling over de afgelopen ellende.
Dat zou te wreed zijn.

     460 en 500 maakt 960. de resterende 450 zullen uitsluitend gespendeerd worden aan mijn kleermaker die ik reeds heb laten komen, en aan andere vergelijkbare uitgaven.
Ik kom u die over enkele dagen vragen, als ik een beetje gewerkt heb.

     Ik heb bij een serieus iemand geïnformeerd over de levensvatbaarheid die het project kan hebben waarover ik u verteld had.
Er zit serieus grootsheid in die zaak. Het is aannemelijk dat Dhr. Piétri  en Dhr. de Morny daarbij betrokken zullen zijn.
Maar ik zal daar tot op het laatste moment een volledig stilzwijgen over bewaren.

C.B.

  Inhoudsopgave     Volgende brief