Correspondentie Baudelaire, aan madame Aupick, Parijs, 19 november 1853.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

AAN MADAME AUPICK
Parijs, 19 november 1853.

 

    Ik dank je uit de grond van mijn hart. Wat ik gisterenochtend gedaan heb, ik heb de 50 frank meteen naar de burgemeester van Belleville gestuurd, die voor mij borg had gestaan, en die 50 frank had ik nu in handen, en ik heb tegen hem gezegd dat ik hem die ontbrekende 10 frank vandaag zou sturen.
Voor wat betreft die toevoeging van 10 frank extra, dat was een heel mooi idee dat je daar had.
Daarmee kan ik drie dagen binnenblijven – alleen kan ik je niet garanderen dat ik je die 70 frank op 1 december terugstuur.
Ik kan maar voor 50 frank garanderen.

    De drie stukken die ik je stuur zul je misschien amusant vinden.
Verkreukel mijn kranten niet te erg, en raak ze niet kwijt.
Ik heb ze nog nodig om ze naar de drukkerij terug te sturen als ik een herdruk laat maken, en bij de krant zijn ze zo vrekkig dat ze geen gratis proefdrukken aan de auteurs geven.

C.B.

  Inhoudsopgave     Volgende brief