Correspondentie Baudelaire, aan Édouard Thierry. Parijs, 14 juli 1857.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

AAN ÉDOUARD THIERRY
Parijs, 14 juli 1857.

 

    Ik kan u (vandaag) om mijn dankbaarheid te tonen slechts dit laatste exemplaar op kwaliteitspapier schenken. Asselineau heeft het uit een lade opgevist. Ah! U heeft me eindelijk gewraakt voor de schurkenstreken!

    Voordat ik u kende, had ik nooit goed begrepen wat voor een kracht er in die soepele en golvende methode zat die zowel verbergt als laat zien, en die alleen voor intelligente mensen schittert!

    Uw artikel zit vol met zowel spiritualiteit als politiek.  Wat ben ik u dankbaar dat u die immense triestheid zo benadrukt hebt, die inderdaad de enige moraliteit van het boek is!

    Zonder u zou misschien niemand hebben durven praten over mijn literaire kwaliteit, en iedereen zou hebben gesproken over de verschrikkingen van de onderwerpen.

    Uw lofuitingen zijn groots, maar u heeft die ongetwijfeld noodzakelijk geacht.

    Ik druk u de hand met al het vuur van een man die weet wat hij u schuldig is.

 Ch. Baudelaire.

  Inhoudsopgave     Volgende brief