Correspondentie Baudelaire, aan Champfleury. Parijs, zaterdag 14 januari 1854

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

AAN CHAMPFLEURY
Parijs, zaterdag 14 januari 1854.

 

Beste vriend,

    Toen ik gisteravond uw prospectus bij mij thuis aantrof heb ik u onmiddellijk een brief teruggeschreven maar die heb ik vanochtend verbrand, uit ik weet niet wat voor een menselijk respect, en uit angst dat mijn in een heftige opwinding geschreven brief niet een beetje aan het lachen zou maken, zowel vanwege de expansieve vriendschap die ik hierin voor u toonde als voor de paar maniakale of pietluttige opmerkingen – uit dankbaarheid voor u – die ik u oplegde. En uiteindelijk ziet u dat ik toch weer opnieuw begin.

    Ik vind uw titel uiteindelijk toch heel mooi. De prospectus is over het algemeen van groot formaat. Het is waarschijnlijk heel belangrijk voor u om uit kleine kaders te treden, en u hebt er geen idee van hoezeer ik me op dit gebied verheugen kan over zo’n  publicatie van u. Maar, - en hier begint de pietluttigheidNe reculait pas de vivre, Deinsde niet om te leven, is een hele grote taalfout in het Frans.
Vreesde niet om te leven, - legde zich er bij neer om te leven, - veroordeelde zichzelf om te leven, - deinsde niet achteruit voor de noodzaak om te leven, - maar niet Deinsde om iets!!!

De auteur heeft maar één geloof: de Roman.

    Dat is alsof Dupont zou zeggen : ik heb maar één geloof: la Chanson.

    De Roman is een nuttiger en mooiere kunst dan de anderen, maar is geen geloof, niet meer dan De Kunst zelf. Het is een romantische brabbeltaal.
Kunt u zich de tijd nog herinneren waarin men dingen schreef als: Ik, ik heb geloof in de kunst, - of – ik heb geloof in het Schone, dat is mijn enige Geloof?
 - Wat een geloof is, is het Boeddhisme, het Christendom, de Verlossing, etc…

    Vindt u echt dat het op uw leeftijd en met uw huidige kracht wel nuttig is om de complimenten van Victor Hugo op te graven die er de meest ordinaire schepsels mee heeft overspoeld?

    En zit er in het geheel van uw prospectus ook niet soort ongewild jaloerse bezorgdheid om Dickens en grote werken van Eugène Sue?

    … Titel , ironisch, van Les Contes is niet alleen wat u bedoelde. Voor de rest geef ik toe dat ik niet weet of er een uitdrukking bestaat die gelijk is aan uw gedachte.

    …eerste publicaties die uitkomen, behalve de publicaties van 1853, op het gebied van de Novelle.

    Hoe wilt u dat op het gebied van de Retoriek die openbaar en algemeen geaccepteerd is, Mlle Mariette, Delteil, etc, iets anders kan zijn dan novellen? Of ik heb er helemaal niets van begrepen? En in dat geval zou het weer door de zinsbouw komen.

    Nog iets. – Toen ik aan uw zaken dacht, heb ik uitgerekend net als u natuurlijk, dat 6 boeken, verkocht voor tien jaar voor een prijs van 25000 frank, u per jaar nog geen 420 frank per boek op zouden leveren. En dan offert u ook nog alle verschillende genres van uitgaven op.

    Zo, ik ben klaar, - u mag met me spotten, als u dat plezier doet. Over twee of drie dagen schrijf ik u iets over datgene waar wij het over gehad hebben.

    Ik wil graag mijn maatregelen nemen om zeker te weten dat ik Turgan terugvind.

Uw toegewijde,

Ch. Baudelaire.

  Inhoudsopgave     Volgende brief