Charles Baudelaire aan Pierre-Jules Hetzel. Parijs, zondag 23 november 1862.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

 

AAN PIERRE-JULES HETZEL
Parijs, zondag 23 november 1862.

 

Beste Hetzel,

     Toen ik laatste keer het plezier had u te mogen ontmoeten had ik u zoveel te vertellen, dat ik natuurlijk niets verteld heb.
Een van de dingen die me erg aan het hart gaat.
De heer Catulle Mendès heeft een manuscript bij u afgegeven, de Amours frivoles.
Ik zou het heel fijn vinden als u dat boek zou accepteren.
Als het om een ronduit slecht werk zou gaan, dan zou ik geheel ongelijk hebben u deze wens te kennen te geven. Maar ik ken Mendès, hij is geestig, heeft smaak, en vaak veel gratie.
Hij kan niet een ontegenzeggelijk te weigeren werk hebben gemaakt.

Tot binnenkort,

Uw toegwijde

Charles Baudelaire.

  Inhoudsopgave     Volgende brief