Charles Baudelaire aan Mme Aupick. Parijs, eind juni 1860.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

 

AAN MADAME AUPICK
Parijs, eind juni 1860.

 

Lieve moeder,

    Ik ga een paar dagen verschrikkelijk uit het veld geslagen zijn.
Ik schrijf je nu dus een paar regels om je een teken van leven te geven. Ik ben altijd maar bang dat je me beschouwt als een ondankbare.

    Ik bedank je, met alle tederheid die ik in me heb, voor alles wat je altijd voor me hebt gedaan, en zelfs voor je gebeden voor mij.
Maar helaas! Ik heb er zelf nog veel strengere gemaakt en ik heb veel strengere besluiten op papier gezet, maar dat heeft niets geholpen.

    Er waren nog meer artikelen, best gunstig gestemd, maar zo dom dat ik het niet waard vond je ze te sturen.

    Ik reken (een beetje) op een heel grote meevaller deze maand.
Ik leg het je pas uit als het lukt.

Veel kussen.

Charles.

Dus er is iemand daar die La Revue des Deux Mondes ontvangt?

  Inhoudsopgave     Volgende brief