Charles Baudelaire aan Auguste Poulet-Malassis. Parijs, eind augustus 1863.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

 

AAN AUGUSTE POULET-MALASSIS
Parijs, eind augustus 1863.

 

     U heeft me vandaag zo beziggehouden met uw capriolen (tevergeefs) dat ik door u twee belangrijke dingen ben vergeten: het eerste, het fameuze programma van het plafond van Apollo, die ik kwijt ben.
Het tweede, de lijst (als u zich dit herinnert) van het literaire werk van Delacroix, in de Revue des Deux Mondes, en van het werk dat eerder gepubliceerd is hoogstwaarschijnlijk in L’Artiste-Ricourt.

     Voeg hier een paar opmerkingen van uzelf aan toe. Snel en bondig.
Ik zal ze herschrijven en kleuren in mijn proefdrukken, als u er te laat mee komt. Snel, alstublieft.

     Om verder te gaan met ons thema van vandaag, zal ik Michel spreken voor de 15e, ik zal hem aftasten, en kijken of er voor mij een nadeel inzit (dat wil zeggen: voor ons) als u zich met mijn zaak belast.
Als zijn aanbiedingen te vreselijk zijn, zal ik de zaak afblazen.
Als er een of ander onmiddellijk voordeel inzit, dan krijgt u uw deel ook, maar er moet wel aan Lécrivain gedacht worden.
Want het zou moeilijk zijn voor me om die schuld te gaan hypothekeren, als hij weer verlengd wordt, over de lessen van november.
(Hieromtrent gaat u de overeenkomst met de heer Vervoort doen.) Tegen eind oktober, dat zal voldoende zijn.

Uw toegewijde,

C.B.

  Inhoudsopgave     Volgende brief