Baudelaire, correspondentie, zijn jeugd. Aan A. Baudelaire. Lyon, 12 juli 1833.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Zijn jeugd

Vertalingen Vivienne Stringa.

AAN ALPHONSE BAUDELAIRE
Lyon, 12 juli 1833.

12 jaar oud

Beste broer,

     Misschien schrijf ik je een beetje laat om me te verantwoorden voor de verwijten die ik je heb gemaakt omdat je, zoals ik zei, jij me niet terugschreef.
Nou, je weet dat ik je gezegd had dat je jouw brieven naar de rue d’Auvergne nummer 4 moest sturen, en niet naar het college.
Nou, en toen ik weg mocht was mama vergeten me je brief te geven.
Ik heb nog een excuus: ik wachtte op een goed cijfer, en ik ben nu tweede in vertalen.
Ik heb het hele jaar niets uitgevoerd, maar ik heb goede cijfers gehaald, dat bewijst dat ik het wel kan. Ik ben aan het blokken en ik hoop dat ik het goed maak. We hebben net een andere rector gekregen.
Er wordt een militair muziekstuk gemaakt op het college, en dat gaat nu al helemaal niet slecht.
Je moet weten dat die leerlingen die militaire muziek spelen leerlingen waren die al op instrumenten leerden spelen, zoals fluit, klarinet en viool, daardoor waren ze al gewend om muziek te spelen.

     Adresseer je brieven altijd naar mama. Geef me dan toch eens je huisnummer. Ik weet de straat, de stad, het departement maar niet het nummer, daardoor weet ik niet of mijn brieven wel bij jou aankomen.
Vertel me of je nog steeds waarnemend rechter bent. Als je weer je nummer vergeet te vertellen, dan weet ik tenminste wel of je nog plaatsvervangend rechter bent, en als je dat naast mijn adres zet, denk ik dat de brief makkelijker zal aankomen. Geef me in je antwoord een beschrijving van heel Fontainebleau.
Want je weet dat ik van geografie houd. Vertel me over je jachtpartijen.
Wat mij betreft, ik zou graag van te voren willen weten of ik in de prijzen ben gevallen.
Ik zou graag een manier willen weten. Weten of ik er een heb… Ik ben er een beetje laat mee begonnen.
Kom op, vooruit!! Dat zeg ik steeds tegen mezelf.

Vertel me hoe het met mijn zuster, met Théodore en de heer en mevrouw Ducessois gaat.

Nou, adieu. Daar is de jongen die het brood komt brengen.

Je broer.

  Inhoudsopgave     Volgende brief