Baudelaire aan Auguste Poulet-Malassis. Parijs, 18 augustus 1860.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

 

AAN AUGUSTE POULET-MALASSIS
Parijs, 18 augustus 1860.

 

Duizend maal dank.

    U kunt nu uitvinden wanneer ik bij zal komen.
Twee dagen voor inkopen doen, bezoeken, Grandguillot, etc.; 1 dag om te reizen; 2 dagen in Honfleur (ik schrap Flaubert); één dag voor de reis. Totaal: 6 dagen.

    We kunnen wel zeggen dat Les Paradis het in hun eentje goed gedaan hebben, want er was niet één artikel dat nu echt goed was.
Binnenlandse Zaken heeft het waarmerkstempel geweigerd vanwege de grote waanzin van het fatsoen, een term die op heer Pontmartin van toepassing was.

    Voordat ik ga, zal ik trachten via mijn relaties om de mensen op deze maatregel terug te laten komen.
Als Pincebourde deze dingen op tijd had uitgelegd, dan was het misschien niet zo mislukt.

    Hij had het met me over zijn vakantie.
Ik moest vanochtend naar hem toe, want ik had, naar het schijnt, meer geld dan nodig op die laatste wissel gezet. Deze theatrale zin kwam uit zijn mond:
Nadat ik hier de drie mooiste jaren van mijn leven heb doorgebracht…
Meteen daarna ging er een anti-Pincebourde in mijn hoofd opstaan, die in de boekhandel Malassis die drie jaren beleefd zou hebben in het uitbundige genot van een stormachtig bestaan.

Maar dan is er nog uw gezondheid, het belangrijkste punt.

    Het is onmogelijk dat u nog op leeftijd komt, met zo’n dreiging in uw aderen.
Er moet een serieus consult komen.

    Gisteren kwam ik Deschanel tegen, en die zei tegen mij dat hij in de serie over Les Excitants, de stimulerende middelen, een velletje had gestopt over Les Fleurs du mal, maar dat de heer de Sacy alles helemaal had geschrapt en zei:
“Hoe kan een krant als Les Débats het nu over een boek gaan hebben dat door de rechtbanken is verfrommeld!”

    Zo zijn de vrienden van onze vriend Asselineau.

Tot binnenkort, uw toegewijde,

C.B.

  Inhoudsopgave     Volgende brief